vak & mens
Advocaten uit andere EU-lidstaten mogen zich al 25 jaar in Nederland vestigen. Maar het valt niet mee om te wennen aan andere richtlijnen en een andere cultuur.
Elisabeth Grunberg was destijds een van de eerste ‘16h-advocaten’ in Nederland. Ze was al advocaat in Parijs, maar haar man kreeg een baan in Nederland. ‘Ik verhuisde mee. Dat jaar werd de EU-verordening voor advocaten van kracht. Ik mocht me inschrijven bij de NOvA en kon aan de slag bij de French desk van NautaDutilh.’
Volgens de verordening, vastgelegd in artikel 16h en verder van de Advocatenwet, mogen advocaten in het Europa zonder grenzen zich onder voorwaarden ook in andere lidstaten vestigen. Ze mogen zich echter geen advocaat noemen, maar moeten de beroepstitel voeren uit het land van herkomst. Om die reden worden ze ook aangemerkt als ‘home title advocaten’. Grunberg noemt zich nog steeds avocat, ook al spreekt ze inmiddels vloeiend Nederlands. Ook werkt ze veel samen met Nederlandse advocaten. ‘Ik heb nu een eigen kantoor in Den Haag, Pont Neuf Advocatuur. Ik richt me op het Franse civiel- en handelsrecht. Nederlandse advocaten verwijzen cliënten vaak naar mij door bij complexe zaken met vastgoed of incasso’s in Frankrijk.’

Een grote vlucht heeft het vrij verkeer van solicitors, Rechtsanwälte en dikigóroi niet genomen. Nederland telt ruim vijftig 16h-advocaten. Meer dan de helft van hen is Vlaams of Nederlands. Want ook Nederlanders die in het buitenland advocaat zijn geworden, kunnen via 16h hun carrière in Nederland voortzetten. Een flink deel van de 16h’ers werkt bij internationale kantoren en krijgt daar begeleiding tijdens het inburgeren in Nederland.
Maar er is ook een groep 16h’ers die geen Nederlands spreekt en ook geen groot kantoor heeft om op terug te vallen. Dat merkte Geert de Haas van Esq advocatenkantoor uit Geertruidenberg. Zijn kantoor organiseert intervisies voor advocaten en kreeg meerdere aanmeldingen van 16h-advocaten. ‘Uit die bijeenkomsten blijkt dat een aantal tussen wal en schip valt,’ vertelt De Haas. ‘Ze spreken de taal niet en kunnen de meeste cursussen niet doen. Ook kennen ze de regels niet altijd. Ze missen informatie in het Engels.’
Een Oost-Europese advocaat uit de intervisiegroep van De Haas volgt cursussen online en laat die vertalen door AI. ‘Die advocaat krijgt veel aanvragen van uitgebuite arbeidsmigranten. Echt schrijnende zaken die hij zou willen oppakken. Maar veel regels zijn hier anders dan hij in zijn land van herkomst geleerd heeft. En met zijn 16h-status kan hij geen toevoegingen doen. Daarom doen we die samen. Maar dat is wel een noodoplossing.’
Trucks
Ook Daniel Urdoi (Roemeens advocaat en EU-advocaat) krijgt veel zaken van arbeidsmigranten. ‘Mensen worden uitgebuit door malafide uitzendbureaus. Ze worden ontslagen en verliezen dan ook hun huisvesting. Arbeidsrecht is niet mijn specialisme, maar ik sta deze mensen wel bij.’
‘Een advocaat met 16h-status kan geen toevoegingen doen. Daarom doen we die samen’
Ook hij volgde zijn partner naar Nederland. Hij werkte als advocaat in Boekarest en zijn vrouw begon aan een master Rechten in Maastricht. ‘Heen en weer pendelen was te duur en tijdrovend. Tijdens mijn bezoeken zag ik hoe goed onderwijs en zorg in Nederland zijn geregeld.’ Hij verhuisde ook naar Maastricht en werkt nu al acht jaar bij kantoor LexQuire. Anders dan Grunberg bedient hij vooral cliënten uit zijn thuismarkt voor zaken in Nederland. ‘Ik heb Nederlands geleerd en leer elke dag bij. Ook heb ik cursussen gedaan over Nederlands recht. Naar een zitting ga ik meestal met een collega, maar ik voer wel het woord in het Nederlands.’
Hij staat bijvoorbeeld transportbedrijven in Roemenië bij die vrachtwagens kopen in Nederland. Hoewel hij ook ingeschreven staat in zijn land van herkomst, procedeert hij daar bijna nooit. ‘In Roemenië betaal je weinig griffierecht en ook een advocaat is niet duur. Dus de drempel om te procederen is laag en de rechtbanken zijn overvol. Ik moest soms een hele dag wachten voordat mijn zaak aan de beurt kwam. In Nederland is het allemaal veel beter geregeld en nemen de rechters de tijd om zich in de zaak te verdiepen.’
Na drie jaar mag een 16h-advocaat een aanvraag doen om als normale, artikel 1-advocaat te worden toegelaten. Grunberg heeft dat niet gedaan. ‘Ik blijf gericht op Frankrijk, dus mijn huidige positie is goed zo.’ Urdoi staat op het punt de aanvraag te doen. ‘Ik zal met referenties proberen aan te tonen dat ik voldoende vaardig ben in de Nederlandse taal en het recht. Ik kan dan ook toevoegingen doen en arbeidsmigranten beter bijstaan.’

Bruiloft
Het verschil tussen Nederlandse en Spaanse advocaten? ‘Hier zal een collega je niet op zijn bruiloft uitnodigen,’ denkt een abogado die liever anoniem wil blijven. Ze wil niet overkomen als een ondankbare gast. Bij haar thuisbalie in Madrid zijn de collegiale banden wat persoonlijker, oordeelt ze. Ze was daar advocaat, maar kwam voor een master naar Leiden en promoveert nu in Amsterdam. Vanuit Rotterdam bedient ze vooral Nederlandse bedrijven in internationale handelszaken. ‘Met mijn cliënten spreek ik Engels. Ik heb hier nog niet geprocedeerd, maar ik ben wel thuis in het Nederlandse handelsrecht. En ik werk dagelijks samen met Nederlandse collega’s. Professioneel gaat dat uitstekend, maar het is minder snel persoonlijk dan in Spanje.’
‘De cursussen in Nederland zijn duur en commercieel. De 16h-advocaat betaalt ook al twee keer een ordebijdrage’
Ook Grunberg mist de collegiale gezelligheid van de balie in Parijs. ‘De Nederlandse orde is minimalistisch en sterk gericht op controle. In Frankrijk is de orde meer ondersteunend en organiseert evenementen op het gebied van sport en cultuur. Het is heel breed, inclusief betaalbare cursussen. Die Franse cursussen worden gelukkig ook in Nederland erkend voor de PO-punten. Maar de cursussen in Nederland zijn duur en commercieel. En de 16h-advocaat betaalt ook al twee keer een ordebijdrage.’
De abogado verbaast zich over de verplichte cursussen. ‘Ik doe vrijwillig een PhD om een betere advocaat te worden. Gelukkig mag ik dat opvoeren voor de PO-punten. Maar waarom moet ik om het jaar dezelfde anti-witwascursus doen? Op die manier kiezen sommige mensen de goedkoopste cursus waar je niets aan hebt.’ Ze denkt erover een lotgenotengroep te beginnen van 16h-advocaten, om ervaringen en tips uit te wisselen. ‘Nu moet iedereen het zelf uitzoeken. Misschien dat we als groep iets voor elkaar kunnen betekenen.’