actueel

Specialist in intellectuele delicten

Op 8 april overleed Michaïl (Mischa) Wladimiroff, oud-advocaat en emeritus hoogleraar, op 80-jarige leeftijd. ‘Een bijzonder man met een grote passie voor het vak.’

Wladimiroff in 2000

In 1976 richtte Mischa Wladimiroff samen met straf­recht­advocaat Gerard Spong een kantoor op. De samen­werking met Spong stopte abrupt in 2000. In een interview in de Volks­krant in datzelfde jaar zei Wladimiroff dat hij erop had gerekend tot het einde door te gaan – al was er geen gezamenlijke drive meer. ‘Als je trouwt, denk je toch ook niet aan echt­scheiding?’ … Vervolgens stapte Gerard geheel onverwacht uit, verdween acuut naar Amsterdam om samen te werken met Hammerstein. Dat verraste iedereen.’

Fraudezaken

Wladimiroff was gespecialiseerd in financieel-economisch straf­recht en noemde zijn fraudezaken ‘intellectuele delicten met een hoog puzzeltjesgehalte’. Hij stond in zijn loopbaan veel (top)managers bij. Zo verdedigde hij in de jaren tachtig bankiers van de Slavenburg’s Bank in een zaak over financiële fraude. Begin deze eeuw verdedigde hij Nina Brink, verdacht van handel met voorkennis rond de beursgang van World Online. En in 2006 verdedigde Wladimiroff Cees van der Hoeven, toenmalig CEO van Ahold, verdacht van valsheid in geschrifte en misleiding van beleggers.

In de jaren negentig maakte Wladimiroff een zijstap naar het internationaal straf­recht, waarmee hij veel bekendheid verwierf. Hij stond voor het Joegoslavië-tribunaal de Bosnisch-Servische oorlogsmisdadiger Duško Tadić bij.

In 2002 werd Wladimiroff benoemd tot amicus curiae (vriend van het hof) in de zaak tegen voormalig Servisch president Slobodan Milošević. Die erkende het hof niet. Wladimiroff moest toezien op een eerlijk proces. In Trouw zei hij daarover: ‘Het is als het ware de ultieme uitdaging, zoiets als: wie staat Hitler bij?’

In opspraak

Hoewel Wladimiroff werd gerespecteerd, raakte hij ook twee keer in opspraak. Begin jaren negentig werd hij beschuldigd van heling omdat hij zijn honorarium zou hebben onttrokken aan een faillissement. Wladimiroff handelde naar eigen zeggen te goeder trouw en deed een schikkingsvoorstel om schade aan zijn reputatie te voorkomen. De orde van advocaten steunde hem. Een ander controversieel moment volgde in 2015. Wladimiroff stond voormalig topambtenaar Joris Demmink bij, die werd beschuldigd van seksueel misbruik, terwijl hij eerder optrad voor Hüseyin Baybaşin – die Demmink beschuldigde van betrokkenheid bij drugshandel. De Raad van Discipline gaf Wladimiroff een waarschuwing wegens de schijn van belangen­verstrengeling.

Jonkheer Michaïl Wladimiroff werd in 1945 geboren uit een Friese moeder en een vader van Russische adel. Na zijn rechtenstudie in Leiden begon hij in 1972 als strafpleiter. Naast zijn werk als advocaat was tien jaar lang buitengewoon hoogleraar in het economisch straf­recht aan de Universiteit Utrecht. Op de website van Wladimiroff Advocaten staan lovende woorden: ‘Mischa was een heel bijzonder man met een groot gevoel voor het geschreven woord, sterk gevoel voor impact en een rechtvaardige uitkomst, en grote passie voor het vak van advocaat.’