vak & mens cover
Het Kenniscentrum zette de kosten van een advocatenkantoor op een rij. Het model is bestemd voor sociale kantoren, maar kan ook andere praktijken financieel inzicht bieden.
Op verzoek van de Commissie-Van der Meer II deed het Kenniscentrum Stelsel Gesubsidieerde Rechtsbijstand onderzoek naar het verdienvermogen van sociaal advocaten. De opzet was een model te ontwikkelen dat inzicht geeft in de kosten van verschillende kantoorsamenstellingen. Met dat model kan dan vervolgens worden vastgesteld welk puntentarief nodig is om sociaal advocaten een redelijk inkomen te bieden.

Het Kenniscentrum hield vier verschillende sociale kantoorsamenstellingen tegen het licht: de zzp’er, het kwintet van vijf advocaten en één secretaresse, de tienpersoonspraktijk plus twee advocaat-stagiairs en twee secretaresses en ten slotte datzelfde gezelschap met nog eens twee juridisch medewerkers (paralegals).
Er komt behoorlijk veel bij kijken om een kantoor draaiende te houden, blijkt uit het onderzoek van het Kenniscentrum. Er is geld nodig voor kantoorruimte, nutsvoorzieningen, ICT, verzekeringen, contributies en opleidingen. Geld voor leuke dingen, zoals personeelsuitjes, is niet opgenomen in de berekening van het Kenniscentrum, evenmin voor reserveopbouw of winstuitkering.
Salarissen

Het meeste geld zit uiteraard in de arbeid, ofwel het salaris van de advocaat, stagiair, paralegal en secretaresse. Voor het redelijk inkomen van de advocaat greep het Kenniscentrum terug op de norm die tien jaar geleden is opgesteld door de Commissie-Wolfsen. Die bedacht dat het salaris van een sociaal advocaat zou moeten overeenkomen met dat van een rijksambtenaar ingeschaald in schaal 12 trede 10 CAO Rijk. Driekwart van dat inkomen kon de advocaat halen uit toevoegingen (maximaal 900 punten per jaar), de rest moest hij uit de markt verdienen. Die standaard is inmiddels verlaten. Het huidige kabinetsstandpunt is dat sociaal advocaten op basis van 1.200 punten een volledig netto jaarinkomen moeten kunnen verwerven. In 2024 bedroeg dat netto jaarinkomen net geen € 60.000. Het bruto maandbedrag is € 6.907,67.
Salaris personeel
| Totale kosten werkgever (€) | Advocaat | Advocaat- stagiair | Paralegal | Secretarieel ondersteuner |
|---|---|---|---|---|
| Totale kosten werkgever advocaat | € 121.230,43 | |||
| Totale kosten werkgever advocaat-stagiair | € 79.549,62 | |||
| Totale kosten werkgever paralegal | € 51.996,67 | |||
| Totale kosten werkgever secretarieel ondersteuner | € 56.196,96 |
Kantoorhuur, verzekeringen, ICT en abo’s
| Totale kosten werkgever (€) | Advocaat | Advocaat- stagiair | Paralegal | Secretarieel ondersteuner |
|---|---|---|---|---|
| Verzekeringen | ||||
| Beroepsaansprakelijkheidsverzekering | € 1.370,80 | € 1.370,80 | ||
| Arbeidsongeschiktheidsverzekering | € 4.243,07 | € 2.784,24 | € 1.819,88 | € 1.966,89 |
| Opleidingen en cursussen | ||||
| Verplichte opleidingen en cursussen advocaat | € 2.897,10 | |||
| Beroepsopleiding en opfriscursus t.b.v. advocaat-stagiair | € 4.618,92 | |||
| Abonnementen en contributies | ||||
| Advocaat | € 3.344,54 | |||
| Advocaat-stagiairs | € 2.116,96 | |||
| Paralegal | € 1.015,00 | |||
| Subtotaal kostenposten per rol | € 11.855,51 | € 10.890,92 | € 2.834,88 | € 1.966,89 |
| Kosten voor kantoorruimte | € 11.256,00 | € 11.256,00 | € 11.256,00 | € 11.256,00 |
| Gas en elektriciteit | € 466,78 | € 466,78 | € 466,78 | € 466,78 |
| ICT | € 2.701,00 | € 2.701,00 | € 2.701,00 | € 2.701,00 |
| Overige kosten | € 6.102,53 | |||
| Totaal kostenposten per rol* | € 32.381,82 | € 25.314,70 | € 17.258,66 | € 16.390,67 |
| * Exclusief kosten voor salaris | ||||

Voor een werkgever (lees: kantoor) zijn die salariskosten veel hoger. Denk alleen al aan inkomstenbelasting, sociale verzekeringen en pensioenvoorzieningen. Per saldo verdubbelen daardoor de bruto salariskosten van een advocaat naar ruim € 120.000. Voor de stagiair, juridisch medewerker en secretarieel ondersteuner liggen de salarissen (aanzienlijk) lager.
Het salaris voor een advocaat-stagiair is gebaseerd op schaal 11 trede 2 CAO Rijk en komt uit op € 4.514,73 bruto per maand. Dat is weliswaar aanzienlijk hoger dan de lokale orden in hun beleid hanteren, maar volgens het Kenniscentrum stromen sociaal stagiairs doorgaans wat later in en hebben ze al enkele jaren werkervaring. Bovendien moet het salaris concurrerend zijn met functies elders. Vermeerderd met de diverse werkgeverslasten komen de totale kosten van een stagiair neer op € 79.549,62 per jaar.
Een stagiair draait uiteraard ook omzet, maar die ligt lager dan bij een advocaat. Niet alleen door de beperktere ervaring, maar ook doordat er tijd in de beroepsopleiding gaat zitten. Waar in het rekenmodel een advocaat op jaarbasis maximaal 1.200 punten realiseert, is dat voor een stagiair gemiddeld 800 punten.

De kosten voor een paralegal of juridisch medewerker zijn gebaseerd op de vergoedingen die student-assistenten aan een universiteit ontvangen. Op jaarbasis is dat € 51.996,67.
Een (ervaren) secretarieel ondersteuner kost jaarlijks gemiddeld € 56.196,96.
Verzekeringen
De Verordening op de advocatuur stelt dat elke advocaat zich voldoende moet verzekeren ter dekking van het risico op beroepsaansprakelijkheid. Op basis van de jaarpremies van vier verzekeraars heeft het Kenniscentrum het gemiddelde premiebedrag vastgesteld op € 1.370,80 (inclusief assurantiebelasting).
Ook een arbeidsongeschiktheidsverzekering vormt een noodzakelijke kostenpost. Ook hier baseert het Kenniscentrum zich op de gemiddelde premie van vier aanbieders. Uiteindelijk bedragen de geschatte kosten 3,5 procent van de totale loonkosten. De kosten voor arbeidsongeschiktheidsverzekeringen bedragen daarmee € 4.243,07 (advocaat), € 2.784,24 (advocaat-stagiair), € 1.819,88 (paralegal) en € 1.966,89 (secretarieel ondersteuner).
Opleidingen
Voor de advocatuur gelden verschillende opleidingsvereisten, beginnend bij de beroepsopleiding. Advocaat-stagiairs volgen drie jaar lang een beroepsopleiding, à raison van € 13.592,77. Inclusief de verplichte opfriscursus voor de patroon beslaan de kosten € 4.618,92 per jaar.

Niet alleen de patroon moet op cursus. Elke advocaat dient jaarlijks minimaal tien opleidingspunten (PO-punten) per specialisatie te behalen. De praktijk leert dat elke advocaat die bij de Raad voor Rechtsbijstand staat ingeschreven gemiddeld drie specialisaties heeft. Dat betekent dat een advocaat jaarlijks tenminste 30 PO-punten moet behalen. De gemiddelde prijs per punt is vastgesteld op € 96,57, zodat een advocaat elk jaar € 2.897,10 kwijt is aan opleidingskosten.
Gemiddeld dient een advocaat jaarlijks 30 PO-punten te behalen, waardoor hij elk jaar € 2.897,10 kwijt is aan opleidingskosten
Contributies
Advocaten betalen een verplichte jaarlijkse financiële bijdrage aan de NOvA. In 2024 bedroeg die voor advocaten in categorie 1 € 1.038 en voor advocaten in categorie 2 € 339.36. Daarnaast vraagt elke lokale orde ook om een financiële bijdrage. Die verschilt per arrondissement, maar wordt niet altijd gepubliceerd. Slechts vier van de elf lokale ordes geven wel openheid van zaken. Het gemiddelde daarvan is € 709,75.
Lidmaatschap van een specialisatievereniging is eveneens gangbaar voor menig advocaat. Van de 33 specialisatieverenigingen vermelden er veertien de contributie op hun site. De gemiddelde jaarlijkse contributie voor een specialisatievereniging is € 193,93. Uitgaande van (wederom) drie specialisaties per advocaat komen de jaarlijkse contributies uit op € 581,79.
Voor een advocaat-stagiair is het daarnaast verplicht om lid te zijn van de Jonge Balie. Dat kostte in 2024 gemiddeld € 53,21.
Ook toegang tot vakliteratuur en jurisprudentie is essentieel. De meeste aanbieders van portalen en databanken doen nogal geheimzinnig over hun tarieven. Slechts een aanbieder geeft op de eigen website openheid van zaken over de licentiekosten. Het Kenniscentrum heeft nog geprobeerd contact te leggen met andere aanbieders, maar dat leidde niet tot meer inzicht. Al met al zijn de licentiekosten per gebruiker per jaar vastgesteld op € 1.015 per gebruiker.
Kantoorruimte
Hoewel thuiswerken niet meer is weg te denken, behoeft een advocatenkantoor een kantoor. Het liefst op een enigszins representatieve plek, met voldoende ruimte om te kunnen werken en cliënten te ontvangen.

Voor de modale advocaat hanteert het Kenniscentrum dezelfde normen als voor andere kantoortijgers. In Nederland geldt als minimum (opgenomen in het Arbobesluit) zeven vierkante meter per medewerker. De huurtarieven variëren uiteraard enorm. Amsterdam is duurder dan Leeuwarden en het stadscentrum duurder dan een bedrijventerrein achteraf. De huurprijs van (energiezuinige) nieuwbouw is doorgaans hoger dan die van oudere kantoorpanden. Volgens makelaarsvereniging NVM was in 2023 de mediane huurprijs per vierkante meter in Nederland € 134 per maand. Uitgaande van de benodigde zeven vierkante meter per medewerker bedraagt de kantoorhuur € 938 per maand of € 11.256 per jaar.
Contributies uitgesplitst
| Abonnementen en contributies advocaat | Kosten |
|---|---|
| Financiële bijdrage NOvA | € 1.038,00 |
| Financiële bijdrage lokale orde | € 709,75 |
| Lidmaatschap specialisatievereniging | € 581,79 |
| Lidmaatschap Jonge Balie | € - |
| Literatuur en jurisprudentie | € 1.015,00 |
| Totaal | € 3.344,54 |
Omzettekort bij huidig PUNTENTARIEF voor de vier kantoorsamenstellingen
| K 1 | K 2 | K 3 | K 4 | |
|---|---|---|---|---|
| Maximale omzet o.b.v. huidig puntentarief | € 151.860,00 | € 759.300,00 | € 1.721.080,00 | € 1.721.080,00 |
| Totale kosten kantoor (exclusief kosten werkgever advocaat) | € 32.381,82 | € 257.942,27 | € 713.890,39 | € 852.401,06 |
| Kosten/omzet-ratio* | 21,3% | 34,0% | 41,5% | 49,5% |
| Brutoverschil** | - € 1.752,25 | - € 104.794,42 | - € 205.114,69 | - € 343.625,36 |
| Benodigd puntentarief | € 128,01 | € 144,02 | € 141,63 | € 151,82 |
| Procentueel verschil puntentarief*** | + 1,2% | + 13,8% | + 11,9% | + 20,0% |
| * Percentage totale kosten (exclusief kosten voor salaris advocaat) ten opzichte van de maximale omzet o.b.v. huidige tarief. ** Totale kosten ten opzichte van de maximale omzet o.b.v. huidige tarief. *** Procentueel verschil berekende puntentarief ten opzichte van huidige punten |
||||

Daarnaast zijn er nog vergaderruimtes, wachtruimtes, receptie, keuken en sanitair nodig. Het Kenniscentrum gunt het kantoor met vijf advocaten en een secretaresse daarvoor veertien vierkante meter. De grotere kantoren krijgen 21 vierkante meter toebedeeld.
Uitgaande van de benodigde zeven vierkante meter per medewerker bedraagt de kantoorhuur per hoofd € 938 per maand of € 11.256 per jaar
Een kantoor heeft gas en stroom nodig voor verwarming en verlichting. De kosten daarvan bedragen per medewerker gemiddeld € 466,78 per jaar. Daar komen de kosten voor de gemeenschappelijke ruimtes nog bij. Per saldo is een kantoor van vijf advocaten en een secretaresse jaarlijks € 23.445,56 kwijt aan huurpremies, inclusief gas en elektriciteit. De grotere kantoren moeten € 35.168,34 neertellen.
ICT

De ICT-kosten per medewerker mogen er ook zijn. Een kantoor heeft allereerst een CRM-systeem nodig, voor het cliëntenbeheer. Een pakket dat als gangbaar geldt binnen de sociale advocatuur kost jaarlijks € 600 per gebruiker. Daarnaast zijn er de licentiekosten voor het softwarepakket dat op alle computers draait. Die beslaan op jaarbasis € 171,60 per gebruiker. Dan zijn daar de kosten voor een ICT-werkplek, denk aan een laptop, dockingstation en internet. Het Kenniscentrum beroept zich hiervoor op de Colliers Occupiers Cost Index 2023, die uitgaat van € 1.929 per medewerker per jaar. Bij elkaar bedragen de jaarlijkse ICT-kosten per medewerker € 2.701.
Tot slot is daar nog een uiteenlopende reeks van grote en kleine kostenposten, zoals de accountant, kantoorbenodigdheden en inventaris. Uitgaande van een vragenlijst die door verschillende kantoren werd ingevuld, zijn deze ‘overige kosten’ per kantoor begroot op € 6.102,53 per jaar.
Totaal
Al met al beslaan de totale kantoorkosten voor een eenpitter (exclusief salaris) € 32.381,82. Het kwintet plus ondersteuning komt uit op € 257.942,27 en de tienkoppige groepspraktijk (exclusief salaris advocaten, inclusief salaris secretaresse) op € 713.890,39. Met nog eens twee paralegals erbij bedragen de jaarlijkse kosten € 852.401,06.
Om de betrokken advocaten vervolgens ook nog het gewenste ‘redelijk inkomen’ te kunnen garanderen, dient er een bepaalde omzet te worden gedraaid. Die bedraagt voor de eenpitter € 153.612, voor het kwintet € 864.094, voor de tienpersoonspraktijk € 1.926.194 en voor de tienpersoonspraktijk plus paralegals € 2.064.705.
Het rapport Verdienvermogen sociaal advocatenkantoren is hier te vinden