vak & mens

gezien

Ruimte creëren voor verzoening

De documentaire Vergeven of vergelden laat aan de hand van straf­recht­advocaten Klaartje Freeke en Wikke Monster zien waarom de menselijke maat zo belangrijk is. Vakgenoot Elpiniki Kolokatsi ging naar de première.

Volgens de uitnodiging maakt de film ‘invoelbaar wat er te winnen valt als menselijkheid binnen de rechtsgang centraal wordt gesteld’ en is deze bedoeld als eerbetoon aan de sociale advocatuur. Daar was ik best aan toe.

Vergeven of vergelden is gemaakt door Anneloor van Heemstra. De documentaire­maakster toont de straf­rechtpraktijk van Freeke en Monster aan de hand van dicht op de huid gefilmde beelden van de gesprekken die zij met hun cliënten (verdachten én slachtoffers) voeren, zittingen, overpeinzingen op weg naar de rechtbank en onderling kantooroverleg.

In plaats van ‘het geweten uit te schakelen’ en klinisch naar een zaak en de juridische mogelijkheden te kijken, kiezen Freeke en Monster ervoor om de menselijke maat centraal te stellen. Dit doen ze door de pijn en ellende die mensen elkaar aandoen te benoemen en een plek te geven binnen de rechtsgang. Aandacht voor de persoonlijke achtergrond van hun cliënten speelt daarbij een belangrijke rol. De cliënten laten weten dat hun verhalen ertoe doen. Freeke en Monster zijn ervan overtuigd dat wanneer mensen zich echt gehoord voelen er ruimte komt voor verzoening, met de ander en zichzelf. Dit levert volgens hen per saldo een ‘duurzamer’ resultaat op dan (louter) vergelding.

De rechtszaal is hiervoor niet per se de ideale omgeving. Een grote, kale zaal, met rechters op een podium, de taal die daar gesproken wordt, dit alles geeft justitiabelen al snel het gevoel dat zij er persoonlijk niet toe doen. Anderen bepalen het beeld dat van hen geschetst wordt. Ze komen in een film terecht waarvan begin en eind onbekend zijn. Er staat veel op het spel. Cliënten kunnen zich dan afsluiten met als resultaat een zitting die over hun hoofden plaatsvindt. In de documentaire wordt duidelijk hoeveel tijd en energie Freeke en Monster investeren om hun cliënten in de strafzaak authentiek uit de verf te laten komen.

Dat dit financieel eigenlijk niet kan, wordt duidelijk in een hilarisch treurige kantoor­scène over de jaarcijfers: ‘We zijn failliet!’ aldus Freeke. ‘Een taoïstisch kantoor’, ‘we gaan uit van niets,’ repliceert Monster.

Zwaar is het ook om andere redenen: ‘Dingen komen zo dichtbij.’ Freeke haakt uiteindelijk af en kiest voor een leven als kunstenaar. Monster gaat door, zij denkt dat het juist belangrijker wordt om de zaken aan te pakken zoals zij dat samen gedaan hebben.

Ondanks de serieuze thematiek en verhalen valt er in de documentaire genoeg te lachen. Monster in een meditatie-ei, de cliënt die stoned naar zitting komt en ‘niet met een bos bloemen naar huis wordt gestuurd’. Kortom: een aanrader, herkenbaar voor insiders en informatief voor iedereen die de sociale advocatuur niet van binnenuit kent.

Vergeven of vergelden is een documentaire van Anneloor van Heemstra (mint film office/​KRO-NCRV) en wordt op 7 mei uitgezonden op NPO 2.

Elpiniki Kolokatsi, strafrechtadvocaat te Amersfoort.


Tijd voor revolutie

Filosoof Erno Eskens was al jarenlang pleitbezorger voor dierenrechten, maar in zijn jongste boek gaat hij nog een stap verder. Democratie en rechts­systemen moeten zich niet beperken tot mensen, maar onderdak bieden aan alle levende wezens. Niet alleen dieren, maar ook planten, schimmels en bacteriën.

In Het zoölogisch manifest (ISVW, 2025) betoogt Eskens dat alle wezens, geholpen door advocaten en vertegen­woordigers, toegang moeten krijgen tot de rechtbank en de politiek om hun belangen te behartigen. Toen de Franse Revolutie in 1792 rechten voor burgers afdwong, werden de dieren jammerlijk vergeten, constateert Eskens. Weliswaar hebben we dieren­beschermings­organisaties, maar hun strategie heeft in zijn ogen gefaald. De onderdrukking en uitbuiting van dieren hebben grootse vormen aangenomen, stelt Eskens. Dierenrechten alleen zijn volgens hem allang niet meer genoeg. De huidige ‘zesde extinctie’, waarbij talloze soorten uitsterven, maakt een radicalere aanpak nodig.

In zijn boek geeft Eskens de aanzet tot een nieuw ‘zoö-inclusief rechtssysteem’, waarin de belangen van alle wezens eerlijk – zonder discriminatie – worden afgewogen. Zo’n systeem komt er niet zomaar, erkent de filosoof, daar is een zoölogische revolutie voor nodig. Eskens hoopt dat die revolutie een einde maakt aan ‘het machts­misbruik van de mens’ en aan ‘de discriminatie van niet-menselijke wezens’.

Eskens beseft dat geen enkele revolutie zonder slag of stoot gaat. In de zestiende eeuw verwierf de Nederlandse burgerij haar rechten met het Plakkaat van Verlatinghe. Volgens die verklaring heeft een volk het recht van opstand wanneer een koning zijn plichten jegens zijn volk niet nakomt en zich als een tiran gedraagt.

Volgens Eskens zitten we nu in een vergelijkbare situatie. ‘Het huidige regime veronacht­zaamt de belangen van allerlei wezens, en daardoor ook de belangen van de mens zelf. Onze regimes schenden bovendien hun eigen democratische grond­beginselen door andere wezens steeds maar weer achter te stellen.’ Eskens voegt daar wel aan toe dat een geweldloze revolutie zijn voorkeur heeft.