actueel
Een verbod op contante betalingen is een stap dichterbij gekomen met een rapport van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het biedt duidelijkheid en voorkomt dat advocaten in lastige situaties belanden, luidt de conclusie.
Juridisch onderzoekers hielden in opdracht van de NOvA contante betalingen tegen het licht. Die staan al langer ter discussie, in het bijzonder nadat de lokale dekens in 2022 tot het inzicht kwamen dat strafrechtadvocaten zich niet aan de regels hielden. De Voda laat contante betaling alleen bij uitzondering toe, bijvoorbeeld als een cliënt geen bankrekening in Nederland heeft of beslag is gelegd. Bij meer dan vijfduizend euro is sowieso overleg met de deken geboden.
De dekens kondigden strenger toezicht aan en vroegen de NOvA de grens van vijfduizend euro te verlagen naar duizend euro. Die vroeg om nader onderzoek, gericht op de vraag welke risico’s contante betalingen met zich meebrengen.
Om daar antwoord op te krijgen, voerden de onderzoekers gesprekken met 22 advocaten, enkele dekens plus een handjevol vertegenwoordigers van het OM. Gemakkelijk ging dat niet. De onderzoekers beklagen zich over een gebrek aan medewerking. Ze benaderden 62 advocaten, maar het merendeel zag af van deelname. Om die reden zijn de resultaten niet te generaliseren naar de hele populatie van advocaten in Nederland, aldus de onderzoekers, maar niettemin wel representatief.
Eenduidig zijn de uitkomsten evenmin. Een deel van de deelnemende advocaten ziet contante betalingen niet als een probleem, een ander deel wel. Kwestieuze betalingen horen nou eenmaal bij het vak en het risico op ondermijning is maar klein, oordeelt een aantal. Daarbij wordt aangetekend dat aan girale betalingen door vennootschappen vanuit het buitenland veel grotere risico’s kleven, bijvoorbeeld op witwassen. Een andere groep ziet wel de risico’s van contante betalingen. Het zou advocaten, met name eenpitters, kwetsbaar maken voor inmenging in het criminele circuit.
Of dat daadwerkelijk gebeurt, blijkt niet uit het onderzoek. Wel constateren de onderzoekers dat de regels tot onduidelijkheden leiden. Zo is niet helder waar de grens ligt tussen een betaling en een geschenk. Uit het tuchtrecht zijn gevallen bekend van cliënten die in natura betaalden, waarbij het ging om auto’s, kunst en zelfs paarden. Branchebrede regels voor het aannemen van cadeaus ontbreken.
De onderzoekers stellen daarnaast vast dat sommige advocaten menen dat contante betalingen onder de vijfduizend euro zijn geoorloofd en sowieso niet weten dat ze bij hogere bedragen met de deken moeten overleggen. Zij die dat wel weten, nemen soms bewust het risico. ‘De pakkans wordt door sommige advocaten als laag ervaren en de sancties als relatief mild waardoor onder sommige advocaten het beeld leeft dat knoeien loont.’
De onderzoekers doen een aantal aanbevelingen. De voorlichting over de regelgeving omtrent betalingen kan beter, te beginnen in de beroepsopleiding. Verder adviseren ze, net als de dekens, de grens voor contante betalingen aanzienlijk te verlagen of contante betalingen in het geheel te verbieden. Advocaten die op toevoeging werken, zouden nog wel de eigen bijdrage mogen innen. Ook asielzoekers die niet over een bankrekening beschikken, zouden cash mogen betalen. In beide gevallen is ruggespraak met de deken nodig.
Een totaalverbod biedt het voordeel van duidelijkheid voor iedereen, aldus de onderzoekers. ‘Dit kan de advocaat in een concreet geval een gemakkelijke reden geven om contante betalingen nimmer aan te nemen.’
Daarnaast opperen ze ook de invoering van een algemene vergewisplicht ten aanzien van elke betaling die vragen oproept. De focus zou daarbij dus niet hoofdzakelijk hoeven te liggen op contante betalingen.
De NOvA zet in reactie op het rapport een voorlichtingscampagne op, onder het motto ‘geen contant, tenzij’. Wat de andere aanbevelingen betreft, zal de NOvA ‘een nadere verkenning uitvoeren’.