vak & mens
Het kabinet-Schoof wil ‘grip krijgen’ op asiel en migratie. Eva Bezem, asiel- en vreemdelingenadvocaat bij Prakken d’Oliveira, gelooft er niet in. ‘Je kunt de muur wel hoger maken, maar het zal nooit zo hoog zijn als de nood die mensen voelen om te vluchten.’
Van een arrest als HvJ EU C-1/23 PPU van het Europees Hof van Justitie kan Eva Bezem, asieladvocaat bij Prakken d’Oliveira in Amsterdam, zielsgelukkig worden. In deze zaak bepaalde het Luxemburgse Hof dat België vaart moest zetten achter de hereniging van een Syrisch gezin dat door oorlog uit elkaar was gedreven. De rechters citeerden een zaak over ouderlijk gezag over een kind dat zijn vader niet meer mocht zien. ‘Een pareltje!’ noemt Bezem dat arrest. ‘Dat was dus geen vreemdelingenrechtelijke, maar een familierechtelijke zaak. Het Hof haalde die zaak aan om te zeggen dat de Belgische overheid de gezinshereniging met spoed moest oppakken omdat anders ‘een te lange scheiding de ouder-kindrelatie ernstig zou schaden’.
- 2005-2010: Studie International & European Law in Tilburg
- 2007-2009: Onderzoeker en docent Tilburg University
- 2009-2011: Beleidsmedewerker College voor de Rechten van de Mens
- 2011-2016: Advocaat bij Everaert Advocaten, Amsterdam
- 2017-2019: Advocaat bij Cleerdin & Hamer, Amsterdam
- 2019-heden: Advocaat bij Prakken d’Oliveira Human Rights Lawyers, Amsterdam. Sinds 1 juli partner.
Bezem (1986) straalt enthousiasme en gedrevenheid uit. Van jongs af aan wilde ze al advocaat worden, vertelt ze. ‘Op mijn vijftiende zag ik Britta Böhler (naamgeefster van een voorloper van het kantoor, red.) op tv en dacht: dat wil ik ook! Mijn vader, die naast me zat zei: dan doe je dat toch?’
De van oorsprong Vlaamse studeerde internationaal recht in Tilburg, werkte bij de Commissie gelijke behandeling (tegenwoordig College voor de Rechten van de Mens) en stapte in 2012 over naar de advocatuur. Het vak leerde ze bij Everaert Advocaten, een kantoor met vooral expats, bedrijfsmigratie en kennismigranten als klanten. Maar het asielrecht trok haar: ‘Omdat het mij wel erg duidelijk was dat dit mensen zijn die echt nood hebben aan een goede advocaat.’
Na enkele jaren bij strafrechtkantoor Cleerdin & Hamer solliciteerde ze bij Prakken d’Oliveira, waar haar ster snel rees. Sinds kort is ze lid van de coöperatie. Bezem voerde de zaak van honderd oud-Surinamers die, op grond van het ‘oud-Nederlanderschap’ een verblijfsstatus aanvroegen. Ooit werden ze als Nederlander in de kolonie geboren, maar na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 raakten ze hun Nederlandse nationaliteit kwijt. Sinds hun komst naar Nederland in de jaren ’80 en ’90 leefden ze in de illegaliteit. Ook procedeerde ze met collega-advocaten Corrien Ullersma en Jorg Werner vorig jaar, met succes, tegen het voornemen van toenmalig staatssecretaris Eric van der Burg om de gezinshereniging van statushouders een halfjaar uit te stellen – de zogeheten ‘nareismaatregel’.
‘Je zou arbeidsmigratie helemaal kunnen modelleren naar je wensen – als je dat zou willen’
Ruim een halfjaar na die overwinning bij de Raad van State viel het kabinet-Rutte IV, waarna anti-asielpartij PVV de verkiezingen won. En nu ligt er een Hoofdlijnenakkoord met maatregelen waarmee het kabinet-Schoof ‘grip’ denkt te krijgen op ‘alle soorten migratie naar Nederland’.
Bezem ziet de politieke koers meewarig aan. ‘Dit akkoord gaat uit van een utopie: dat je migratie kunt stoppen. Ik denk dat dat in essentie niet waar is. Je kunt de muren wel hoger maken, maar die zal nooit zo hoog zijn als de noodzaak die mensen voelen om te vluchten. Wilders hoopt dat het akkoord mensen zal ontmoedigen om naar Nederland te komen. Maar dan denk ik toch dat je niet goed nadenkt over wat het precies is om vluchteling te zijn, en waarom mensen vluchten. Mensen vluchten omdat hun land in oorlog is. Die zijn niet bezig met de precieze voorwaarden in Nederland. Dat is gewoon niet hoe het werkt.’
De eerste maatregel, het activeren van de uitzonderingsbepaling van de Vreemdelingenwet vindt ze bijna lachwekkend. ‘Dat is een bepaling in het Vreemdelingenrecht die kan worden geactiveerd door de minister-president in het geval van een noodsituatie. Dan heb je het dus over een échte noodsituatie: een overstroming, of een oorlog, niet over een zelfgecreëerde opvangcrisis. Er wordt ook helemaal niet gemotiveerd waarom we in een noodsituatie zouden zitten, anders dan: het gaat mis bij de opvang in Ter Apel en “we worden helemaal overstroomd met asielzoekers”. Maar uit de cijfers blijkt dat dat niet zo is, en voor die opvang hadden we gewoon een Spreidingswet – dat waren we nou juist beter aan het regelen. Ook de Europese Commissie heeft al gewaarschuwd dat Nederland niet zomaar een asielcrisis uit kan roepen.’
Of neem het voornemen om de bewijslast voor de asielzoeker om te draaien. Als een asielzoeker bij aankomst in Nederland geen uitsluitsel kan geven over zijn identiteit en herkomst, zou zijn verzoek niet verder worden behandeld. Maar een asielzoeker heeft vaak niet de middelen om bewijs te vergaren. Daarom is op Europees niveau afgesproken dat de bewijslast wordt verdeeld. ‘Die samenwerkingsplicht is op Europees niveau vastgelegd. Dat is set in stone.’
Kras is ook de ambitie om een opt-out in Europa te regelen, of om het VN Vluchtelingenverdrag aan te passen. Er spreekt onkunde uit, maar vooral ook weinig juridisch besef van de internationale rechtsorde, vindt Bezem. ‘Het is één ding dat je binnen de EU alle lidstaten dezelfde kant op zou willen krijgen naar een soort mini-Schengen… dat lijkt me al heel straf. Maar om alle lidstaten van de VN dan ook nog een keertje te overtuigen? Ik denk dat ze zelf ook wel weten dat dit niet kan. Het gaat er gewoon om hoe het er op papier uitziet.’
En dat is alleen nog maar de asielkant van migratie. Maar bij reguliere migratie gaat het ook mis. ‘Er staan echt dingen die gewoon niet kloppen, bijvoorbeeld dat arbeidsmigranten van buiten de EU tewerkstellingsvergunningplichtig (TWV) worden. Alsof dat iets nieuws is! Maar dat is nu ook al zo, waarbij kennismigranten een uitzondering zijn – inderdaad. Dus het zegt niks.’

Teleurstellend is dat het Hoofdlijnenakkoord op geen enkele manier ingaat op de huidige tekorten op de arbeidsmarkt. ‘Er lijkt niet te zijn nagedacht over welke arbeid we echt wél nodig hebben. En ik snap niet dat je daar niet op voorsorteert – dat blijkbaar die drang om asiel en migratie te beteugelen zó groot is dat je het niet erg vindt dat de ernstige tekorten in de zorg nóg groter gaan worden… Terwijl je daar nu iets aan zou kunnen doen. Je zou arbeidsmigratie helemaal kunnen modelleren naar je wensen – als je dat zou willen.’
Waarom presenteren de auteurs van het Hoofdlijnenakkoord maatregelen waarvan ze kunnen weten dat ze niet uitgevoerd kunnen worden? Een eenduidig antwoord daarop heeft Bezem ook niet. ‘Je speelt in op het hardnekkige idee van mensen dat ze door migratie iets wordt afgepakt – huizen of banen. Feitelijk klopt het gewoon niet, zoals wetenschappers als Leo Lucassen en Hein de Haas steeds aantonen met cijfers: it doesn’t add up. De invloed die asiel heeft op de woningnood of de arbeidsmarkt is verwaarloosbaar. Maar ja, als je mensen die een stem hebben in de media op tv het tegenovergestelde hoort zeggen, en die blijven dat maar hardnekkig genoeg zeggen, dan vind ik het heel ingewikkeld worden.’
De meeste voorstellen mogen dan juridisch onhaalbaar zijn, Bezem vreest vooral het lot van haar cliënten, die direct worden geraakt door een maatregel als het beëindigen van de rijksbijdrage aan de Landelijke Vreemdelingen Voorziening (LVV). Een aanzienlijk deel van haar ongedocumenteerde Surinaamse clientèle – oudere mannen en vrouwen – maakt gebruik van deze voorziening. Zij zouden zomaar op straat terecht kunnen komen. ‘Mensen die al zoveel onrecht is aangedaan. Ik vind dat moeilijk te verteren.’ Ook het afschaffen van voorrang voor statushouders voor een sociale huurwoning zal onverkwikkelijke gevolgen hebben. ‘In essentie zijn het de meest kwetsbare mensen, zo worden ze in het recht ook gedefinieerd. We zouden juist extra ons best moeten doen om ervoor te zorgen dat ze hun leven weer kunnen oppakken. Zeker als je integratie zo belangrijk vindt, want dat zeggen ze óók.’
‘Dit akkoord gaat uit van een utopie: dat je migratie kunt stoppen. Ik denk dat dat in essentie niet waar is’
Maar juist dat zal moeilijker worden, denkt Bezem. ‘Je krijgt een soort neerwaartse spiraal. De psychische klachten worden erger, het leren van de taal wordt moeilijker, het vinden van werk, alles wordt moeilijker, moeilijker, moeilijker, moeilijker.
Dat vind ik echt hardvochtig. Ik vind het naar dat dat er op zo’n manier gewoon staat. Want je werkt integratie tegen.’
Dat gezegd hebbende: Bezem is geen type dat bij de pakken neerzit, integendeel. ‘Ik kijk er ook met moed naar, krijg juist zin om er kritisch naar te kijken, ook met mijn kantoorgenoten en andere vreemdelingenadvocaten. Het fijne aan het vreemdelingenrecht is dat we als beroepsgroep goed zijn georganiseerd. We helpen elkaar altijd. Dus we zijn, in die zin, goedbewapend.’ Zelfs de voorgenomen korting op de rechtsbijstand aan asielzoekers maakt nauwelijks indruk. ‘Het is al niet heel uitgebreid, maar als je er nog verder aan gaat tornen, zullen we daar ook tegen in opstand moeten komen.’
Genoeg werk dus voorlopig, misschien meer dan ze aankan. ‘Ik maak er met mijn broer, die officier van justitie is, vaak grapjes over. Dan zeg ik: jij kunt rustig een maand op vakantie. Terwijl: als ik dat doe, dan bestaat ineens het recht op asiel niet meer. Dan moeten we daar weer over gaan procederen, snap je wel?’