actueel

Kamer zinspeelt op afschaffing forfaitair stelsel

Een deel van de Tweede Kamer vindt dat minister Weerwind (Rechtsbescherming) moet nadenken over een ander systeem voor de betaling van toevoegingen. Het huidige forfaitair stelsel doet geen recht aan de werkelijk gemaakte uren, menen enkele fracties.

De Tweede Kamer sprak 14 september met Weerwind over de gefinancierde rechtsbijstand en de sociale advocatuur. Kamerbreed leeft de wens om sociaal advocaten beter te betalen voor hun werk. De hoge inflatie heeft tot kosten­stijgingen geleid, maar de toevoegingstarieven zijn (nog) niet meegestegen en dat zint de meeste fracties niet, zeker niet met de verkiezingen in aantocht.

VVD-Kamerlid Ulysse Ellian gaf de minister in overweging het hele stelsel overboord te zetten en ⁠–⁠ net zoals rechtsbijstandsverzekeraars ⁠–⁠ te gaan betalen op basis van werkelijk gemaakte uren. ‘De sociaal advocaat moet in staat worden gesteld een redelijke boterham te verdienen en ik vraag me af of het huidige stelsel met die rare systematiek dat mogelijk maakt. Het forfaitaire systeem heeft iets geks. Moet je niet gewoon de reëel gewerkte uren vergoeden?’

Perverse prikkel

Volgens Ellian zijn sommige zaken in vijftig minuten afgehandeld, terwijl andere vijftig uur vergen. Daarnaast is er nog de zogeheten perverse prikkel, waarbij een advocaat meer verdient naarmate hij meer procedeert, aldus de VVD’er.

De suggestie van oud-advocaat Ellian kreeg onmiddellijk bijval van Don Ceder (Christen­Unie) en Lilian Helder, onlangs overgestapt van de PVV naar de BBB. Ook Ceder en Helder waren in een eerder leven advocaat.

Ceder benadrukte dat er concrete maatregelen nodig zijn. ‘Als we niets doen, sterft de sociaal advocatuur een stille dood. Dat mag niet gebeuren.’ Helder maakte een vergelijking met het tijdschrijven door commerciële kantoren, waarbij elke vijf minuten in rekening worden gebracht. ‘Dat is toch iets heel anders dan een punt per uur, waar de minister naartoe wil werken.’

Graf

Weerwind toonde zich bepaald niet enthousiast over zo’n vergaande verandering. Hij maakte de Kamer duidelijk dat hij als demissionair minister niet over zijn graf heen kan regeren. Invoering van een ander systeem is een zaak voor een volgend kabinet, aldus de bewindsman. Hij voegde eraan toe dat het bestaande systeem, gebaseerd op de gemiddelde tijdsbesteding per zaaksoort, het mogelijk maakt grote aantallen toevoegingen te verstrekken. Bovendien maakt het puntenstelsel het onaantrekkelijk om een zaak onnodig lang te rekken, voegde hij daaraan toe. Na enig aandringen beloofde hij wel zijn gedachten over een andere vergoedingensystematiek op te schrijven in een volgende voortgangsrapportage, bij wijze van nalatenschap voor zijn ambtsopvolger.

Ook over de door de Kamer gewenste snelle indexering van de toevoegingstarieven hield de minister de boot af. Niet omdat hij niet zou willen, maar omdat de materie nou eenmaal technisch enorm complex is, zei hij. Weerwind beloofde de kwestie in een brief precies uit de doeken te doen, nog voordat de Kamer eind oktober met verkiezingsreces gaat.

Weerwind herhaalde verder dat hij dit najaar een commissie aan het werk zet, die de toevoegingstarieven moet gaan herijken. In het meest positieve scenario kan de herijking half 2025 zijn beslag krijgen, aldus de D66-minister.

Commerciële kantoren

De Tweede Kamer toonde zich wat ongeduldig over de voortgang die Weerwind boekt in zijn discussie met de commerciële kantoren. Het kabinet eist dat zij hun maat­schappe­lijke verantwoordelijkheid nemen en hun sociale collega’s ondersteunen. In de ogen van de meeste fracties is de oogst tot dusver schamel.

Joost Sneller (D66) wilde van Weerwind weten of het inmiddels geen tijd is voor een ‘dwingender instrumentarium’. Een stok achter de deur kan de commerciële kantoren misschien tot wat meer tempo manen, meende hij. Weerwind voelt daar niets voor. ‘Ik geloof niet in dwang en ben niet voornemens stokken achter de deuren te zetten. Ik ben met de kantoren in gesprek en hoopvol over hoe de samenwerking gaat.’

PvdA’er Songül Mutluer verwees naar het initiatief van De Brauw om 21 advocaat-stagiairs in te zetten op het sociaal huurrecht. ‘Dat is wat ik wil zien. Dat is wat alle kantoren moeten doen met hun nieuwe lichting. Die vrijblijvendheid mag er vanaf.’