van de nova
uitspraken
Van de tuchtrechter
Recente uitspraken, geselecteerd en bewerkt door de Commissie Disciplinaire Rechtspraak, bestaande uit Tjitske Cieremans, Maurice Mooibroek en Robert Sanders.
Grievende uitlatingen
- Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 3 oktober 2022, zaak nr. 21-973/AL/MN, ECLI:
NL: TADRARL: 2022: 215. - Artikel 47a Advw; gedragsregel 7.
- Advocaat vraagt uittreksel op uit gemeentelijke BRP ten behoeve van zijn eigen tuchtzaak.
Mr. X stond de broer van klaagster bij in een huurgeschil. Klaagster heeft zich beklaagd over grievende uitlatingen van mr. X jegens haar in een processtuk. Kort daarna heeft mr. X de gemeente van klaagster aangeschreven en verzocht documenten te verstrekken over klaagster uit de Basisregistratie Personen (BRP). Nadat de klacht bij voorzittersbeslissing ongegrond is verklaard, oordeelt de raad in verzet dat de uitlatingen van mr. X nog wel functioneel waren. Hoewel het de voorkeur had verdiend als mr. X deze opmerkingen zakelijker had geformuleerd, zijn ze niet tuchtrechtelijk verwijtbaar grievend. De in het verzetschrift geformuleerde aanvullende klacht neemt de raad niet meer in behandeling.
Klaagster dient een nieuwe klacht in met het verwijt dat mr. X (i) een uittreksel uit de BRP heeft opgevraagd voor een gerechtelijke procedure, maar deze slechts heeft ingebracht in de voorgaande klachtprocedure, en (ii) onnodig grievende en kwetsende uitlatingen jegens klaagster heeft gedaan door in zijn antwoord aan de deken klaagster neer te zetten als een ‘trieste persoonlijkheid’ en daarin over een van haar kinderen te stellen: ‘Het feit dat ik blootgelegd heb, en bewezen heb, dat haar eerste kind een buitenechtelijk kind is, zal haar bloeddruk ook geen goed doen.’
Mr. X voert als verweer aan dat klaagster niet-ontvankelijk is in het eerste klachtonderdeel, omdat daarover al eerder door de raad is beslist. De raad oordeelt dat de door klaagster in haar verzetschrift geformuleerde aanvullende klacht niet in behandeling is genomen. Nu niet eerder door een tuchtrechter is beslist over hetzelfde verwijt en dezelfde feiten is klaagster ontvankelijk in dit klachtonderdeel.
Ook staat vast dat mr. X ten behoeve van de eerdere tuchtrechtelijke procedure tussen partijen een uittreksel bij de gemeente van klaagster heeft opgevraagd, stellende dat het om een gerechtelijke procedure betrof. Als reden voor het aanvragen van dat uittreksel heeft mr. X aangegeven dat hij wilde bewijzen dat klaagster zowel in de civiele procedure tegen zijn cliënt als in de tuchtprocedure had gelogen over het feit dat zij geen buitenechtelijke relaties had. Naar het oordeel van de raad heeft mr. X misbruik gemaakt van zijn positie als advocaat door het betreffende uittreksel van klaagster op te vragen voor zijn eigen verweer in de tuchtrechtelijke procedure. Door het Hof van Discipline (ECLI:
Met de gewraakte uitlatingen over klaagster en haar kind heeft mr. X volgens de raad de grenzen van het betamelijke overschreden. Hij heeft de kwestie te persoonlijk gemaakt waardoor hij onvoldoende professionele distantie had. Mr. X heeft zonder doel klaagster in haar persoon geschaad en dat kennelijk ook ondoordacht gedaan, terwijl de raad in een eerdere beslissing mr. X adviseerde om zijn bewoordingen zakelijker te houden. Dat mr. X het gewraakte handelen heeft gedaan in de beslotenheid van de klachtprocedure maakt het oordeel niet anders, omdat dat niet afdoet aan de grievendheid en bovendien zowel de zitting van de raad als de uitspraak openbaar is en daarmee kenbaar voor derden.
Mr. X had kunnen en moeten weten dat het opvragen van een uittreksel bij de gemeente van in dit geval klaagster voor zijn eigen bewijsvergaring niet betamelijk en in strijd met de regelgeving was. De raad betrekt bij de bepaling van de maatregel dat de door mr. X gemaakte verontschuldigingen niet oprecht overkomen, terwijl hij niet ter zitting van de raad is verschenen om zelfreflectie te tonen en zelfreflectie ook niet uit zijn reacties blijkt.
Berisping.
Wederpartij benaderen zonder toestemming voormalig cliënt
- Raad van Discipline Den Haag 31 oktober 2022, nr. 22-396/DH/RO/D, ECLI:
NL: TADRSGR: 2022: 182. - Artikel 47a en 10a Advw.
- Advocaat heeft conflict van belangen onvoldoende onderkend.
In deze zaak was (oorspronkelijk) klager voor arbeidsrechtelijk advies over een reorganisatie bij zijn werkgever terechtgekomen bij juriste B. De zaak werd geschikt en vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst, waarin een bruto vergoeding van EUR 100.000 aan klager werd toegekend. Ruim een maand later presenteert B aan klager de rekeningen voor haar werkzaamheden: een factuur voor gemaakte uren ter grootte van ruim EUR 14.000 en een provisiefactuur ter grootte van ruim EUR 18.000. Dat vindt klager te gortig en er ontstaat een geschil over de facturen, waarvoor klager bijstand vraagt aan mr. K, terwijl B zich wendt zich tot mr. X, de beklaagde in deze zaak.
Kennelijk ter voorbereiding op een procedure die namens B tegen klager gevoerd zal gaan worden, legt mr. X contact met de voormalig werkgever van klager. Mr. X vraagt om de vaststellingsovereenkomst aan te passen met een addendum. Daarin moet komen te staan dat de juridische kosten ten laste zullen komen van de beëindigingsvergoeding die in de vaststellingsovereenkomst was vastgelegd.
De werkgever raakt de draad kwijt. Hij stelt wat vragen, onder meer een bevestiging dat mr. X nu voor de klager optreedt en vraagt of er een factuur is. Mr. X antwoordt daarop dat zij B bijstaat en dat zij zich alle rechten voorbehoudt wanneer B schade lijdt door de handelwijze van de werkgever. Nu begrijpt de werkgever het echt niet meer en stelt de vraag of mr. X de vaststellingsovereenkomst wel mag wijzigen als zij niet voor klager optreedt. Dan grijpt de nieuwe advocaat van klager, mr. K, in. Mr. K stelt dat klager eerder had aangegeven dat B geen contact meer mocht hebben met de werkgever. Dat geldt dan dus ook voor mr. X die namens B optreedt. Mr. K stelt ook vragen over de facturen.
Dan de klacht tegen mr. X. Die valt in drie onderdelen uiteen. Zij zou hebben meegewerkt aan de schending van de geheimhoudingsplicht van B en aan het openbaar maken van de vaststellingsovereenkomst. Zij zou zonder medeweten of toestemming van klager diens voormalig werkgever hebben gevraagd de toen al gesloten vaststellingsovereenkomst te wijzigen, om daar voordeel voor haar cliënte B mee te behalen, namelijk, overmaking van de facturen aan B in plaats van aan klager. En voorts heeft dat klager extra geld gekost. Dan trekt klager de klacht in. De raad gaat daarin zoverre in mee dat de behandeling van het eerste en derde klachtonderdeel wordt gestaakt. Maar de behandeling van het tweede onderdeel, optreden zonder medeweten of toestemming van klager, wordt, na consultatie van mr. X en de deken, voortgezet omdat dat van algemeen belang wordt geacht.
En dat klachtonderdeel is gegrond. De vaststellingsovereenkomst was al getekend en B was daarbij helemaal geen partij. Mr. X had dus zeker moeten weten dat (oorspronkelijk) klager het eens was met het vragen van een addendum op de vaststellingsovereenkomst. Mr. X had ook erkend dat zij klager zelf had moeten vragen of hij daarmee akkoord was. De raad concludeert dat mr. X de kernwaarden van onafhankelijkheid en partijdigheid uit het oog had verloren, zich onvoldoende rekenschap had gegeven van een mogelijk belangenconflict en de daarmee de belangen van klager had veronachtzaamd. Het komt mr. X op een waarschuwing te staan, waarbij rekening is gehouden met het feit dat mr. X inzicht had getoond in de laakbaarheid van haar handelen en spijt had betuigd.
De rubriek over tuchtrecht is nu ook als podcast te beluisteren. In de maandelijkse ‘tuchtcast’ Passend en geboden bespreken Tjitske Cieremans en Robert Sanders met Erik Jan Bolsius diverse uitspraken. In elke aflevering komen kort een aantal recente tuchtzaken aan bod, belanden twee zaken onder het vergrootglas en wordt een tuchtrechtklassieker afgestoft.
In de eerste aflevering, te vinden op Apple Podcasts en Spotify, bespreken Cieremans en Sanders onder andere vier zaken tegen een voormalig advocaat van de kroongetuige in de Marengo-zaak die de geheimhoudingsplicht schond door de media op te zoeken.